Meer regels tegen huisjesmelken op komst

Laszlo van de Voorde (PvdA Terneuzen) staat aan de basis van een motie die een einde wil maken aan het “onwenselijk verhuur van kamers en woningen.” De motie werd dinsdag tijdens de gemeenteraad met ruime meerderheid van de stemmen aanvaard. Dit zogenaamde flexwonen zet volgens de politicus het welzijn van de inwoners onder druk en zorgt voor leefomstandigheden die verre van ideaal zijn.

De gemeenteraad heeft eerder al geconstateerd dat er op grote schaal sprake is van deze onwenselijke verhuur. Vaak zorgt dit voor situaties waarin meerdere personen onder één dak wonen, die samen geen huishouden vormen. Hier wil Van de Voorde iets aan doen: “Het is hoog tijd voor meer regelgeving. Met de motie wilden we hier goede kaders voor meegeven, om de wensen die wij hebben goed aan te geven.” Deze wensen zijn simpel: “Wij vinden dat je een vergunning moet aanvragen als je meerdere kamers wilt verhuren binnen één huis. Daarmee willen wij het zogenaamde huisjesmelken tegengaan. Je ziet dat dit in een aantal straten heel veel gebeurt, daarmee ontstaat er een onbalans.”

Starters
De motie kan volgens Van de Voorde ook helpen om starters betere kansen te bieden: “Wat je niet wil is dat huizen opgekocht worden met een winstoogmerk. Vaak is het idee om daar veel mensen in te zetten tegen enorme huurprijzen. Starters maken op die manier geen kans meer. Dat willen wij met vergunningen voorkomen.”

Urgentie
Het handhaven van de voorgestelde regels komt in handen van de gemeente. Zo heeft de gemeente volledig zicht op het aantal woningen waarvan meerdere kamers worden verhuurd. Hiervoor dienen ook verhuurders, die nu al in een dergelijke situatie zitten, een vergunning aan te vragen. Door deze regels niet alleen in te laten gaan bij nieuwe aanvragen, wordt de urgentie aangegeven: “Het speelt al een hele tijd. Wij hebben al vaker gezegd: ‘doe nou eens iets aan die woningmarkt.’ Wij hebben nu ook gekeken wat er in andere steden in Nederland is geregeld op dit vlak. Daar zie je dat vergelijkbare regels gewoon goed werken. Daar willen wij ook naartoe met een streng, maar rechtvaardig beleid.”