Dakloze clubs en hoge kosten: zijn dat de gevolgen van het opdoeken van buurthuizen?

Allemaal leuk en aardig dat wethouder Jurgen Vervaet een aantal dorpshuizen op wil doeken, maar heeft hij ook aan de gevolgen gedacht? Dat vraagt Jean-Paul Casteleijn (SP Terneuzen) aan het college van B en W.  'Plaatselijke clubs kunnen bijvoorbeeld verhuizen naar het café op de hoek, maar hoe zit het dan met de kosten voor drankjes? Schieten die dan ook ineens omhoog? En wat als zo’n café de deuren sluit, zijn de verenigingen dan ineens dakloos?' 
Het is natuurlijk een feit: dorpshuizen worden nou eenmaal minder bezocht dan 20 jaar geleden. Op dit moment telt de gemeente Terneuzen 14 kernen met in totaal 22 dorpshuizen en wethouder Vervaet vindt dat toch wat veel. Al die gebouwen moeten onderhouden worden en brengen kosten met zich mee. 

"Ik heb geen sleutelbos waarmee ik de boel op slot ga draaien hoor."

Wethouder Jurgen Vervaet

‘Wees niet bang,’ verklaarde Vervaet in september aan GO, ‘ik heb geen sleutelbos waarmee ik de boel overal op slot ga draaien.’ De laatste maanden van 2019 is een afweging gemaakt: Hoe staan de buurthuizen er bij, hoe worden ze ingezet en wat is de bezetting. Het liefst ziet Vervaet dat gebouwen (bijvoorbeeld schoolgebouwen) in kernen multifunctioneel worden ingezet. Binnenkort komt hij met een voorstel wat te doen met buurthuizen en tegelijk de leefbaarheid in dorpen en kernen te behouden.  Een voorbeeld dat hij aan GO gaf was om de biljartclub in een dorp of kern over te brengen naar het plaatselijke café. 

Plaatselijk café
En juist dat voorbeeld roept vragen op bij SP Terneuzen. ‘Als uiteindelijk besloten wordt een dorpshuis te slopen omdat plaatselijke activiteiten op kunnen gaan binnen het gebeuren van het plaatselijke café, wordt het geld dat bespaard wordt dan geoormerkt voor die kern?’ En: ‘Zijn de risico’s goed ingeschat bij het sluiten of failliet gaan van zo’n café? Dit maakt bijvoorbeeld die plaatselijke biljartclub wel veel kwetsbaarder. Wat gaat de wethouder doen wanneer zo’n club dakloos wordt?’
Bovendien maakt Casteleijn zich zorgen over de jeugd. ‘Kinderen krijgen zo op jonge leeftijd al toegang tot het cafégebeuren. Ik vraag me af of dat wenselijk is.’ Tot slot wil hij weten of Vervaet zich ervan bewust is dat clubleden meer kosten gaan maken bij het nuttigen van drankjes, die in een buurthuis toch vaak veel goedkoper zijn dan in een horecagelegenheid. 

Fietsen
In ieder geval is het niet de bedoeling dat clubs en activiteiten uit de dorpen en kernen verdwijnen, volgens Vervaet, en van sloop van buurthuizen is op dit moment geen sprake.  Je hoeft dus niet op je fiets naar een nabijgelegen dorp om te gaan biljarten, om bij het voorbeeld van de biljartclub te blijven.

Voor het interview met wethouder Jurgen Vervaet (21 september 2019), klik hier. 

Foto: dorpshuis Zuiddorpe